Koningsdag Spijk 2023 met een lied uit een ver verleden
Om toch een ‘feestelijk’ tintje aan Koningsdag in Spijk te geven, leek het me wel leuk om op deze dag de tekst van onderstaand lied over Spijk te plaatsen. De maker van de tekst is helaas onbekend, maar als iemand het weet dan horen we dat graag. Het is een lied uit een ver verleden (1948?) uit het archief van L. Busz.
*Heb je nog zin om te fietsen, dan kun je meedoen aan de fietspuzzeltocht in Bierum. Inschrijving vanaf 14:00 uur tot 14:30 uur bij de Baaiermerstee. *bron: Bierum.net
We wensen iedereen een fijne dag.
De redactie
Hoog in het Noorden, in de kop van ons rijk,
daar ligt een mooi dorp en dat dorp dat heet Spijk.
Een kerk in het midden en er rond om heen,
daar wonen de bewoners heel stil en tevree.
Refrein:
Mensen van Spijk, wij vieren nu feest!
Komt doet het blijde en vrolijk van geest,
want vandaag is het feest ter ere van Haar,
die ons land regeerde nu reeds 50 jaar!
Eerst krijg je Turfkamp, met z’n prachtige sportveld,
waar de jeugd van Spijk iedere avond heen snelt.
Verder Vierhuizen, iets aparts onder Spijk,
want daar wordt men van lenen warempel haast rijk. refr.
Achter de dijk, op het mooie pomphuis,
daar woont de wachter van de grote sluis.
Hij waakt voor ons allen met ijzeren hand,
dat wij niet verzuipen hier op het land. refr.
Dan krijg je Polen, een prachtig gehucht,
waar men zo vreesde voor ’t gevaar uit de lucht.
Men bouwde een schuilkelder met vereende kracht,
waar men in vluchtte bij dag en bij nacht. refr.
Als wij nog eventjes verder gaan,
dan komen wij toch op Tweehuizen aan.
Daar staan de schuren als haar op de hond,
want loop je 10 pas dan sta je op buurman z’n grond. refr.
Vervolgens komt men zo langzamerhand,
in de buurt van de handwijzer aangeland.
Daar kun je je ziek eten, vergeef me dat ‘k het zeg,
want vaak staat hier derde soort fruit bij de weg. refr.
Ga je nog een eindje verder op,
dan sla je de spijker pas recht op z’n kop.
Want daar woont de vader van ons allen te saam,
één: hiep, hoeraatje bij het horen van die naam. refr.
Fiets in gedachten nu even terug,
dan kom je op Dekkershuizen heel vlug.
Hier durf je haast niet langs en met enig recht,
want daar wonen twee Wilde-boeren naar men zegt. refr.
Nu nog een eindje en we zijn op Nooitgedacht,
ja wie had dat voor vijftig jaar verwacht.
Toen stond er niets en nu haast een stad,
Daar achter in de polder dicht bij het dijkgat. refr.
Achter de dijk, in de polder bij zee,
daar woont men gelukkig en tevree.
Voor je, achter je, hoe je ’t ook keert,
’t is altijd de dijk die het uitzicht weert. refr.
Tenslotte krijgen we nog de weg Achterom,
heb je hier pech, och daar geeft men niet om.
Springt er soms plotseling je fietsband,
dan is Hoogakker altijd heel galant. refr.
Of heb je je schoenen een keer onklaar ,
wel, schoenmakers genoeg, voor het uitzoeken maar.
En wil je ook eens even op een portret,
dan wordt je ook hier heel mooi opgezet. refr.
Als de kachel niet best meer brandt,
dan ben je bij Flikkema een beste klant.
En is hij misschien op een andere manier stuk,
wel, de smid werkt heel lang want dat is een geluk. refr.
Verder woont er een manufacturier,
en er tegenover een kruidenier.
En is het met je broodmes soms niet al te pluis,
haal vlug een nieuwe bij Evenhuis. refr.
Moet je soms nog een nieuwe hoed,
zeg dame, bij Kim zijn ze verbazend goed.
Of wordt soms je pak aan de kleine kant,
dan kun je ook kiezen bij wie je klant wilt wezen. refr.
Moet je nog hebben schrijfpapier,
of soms nog nodig naar de barbier.
Ook klompen en sokken en schaatsen zijn hier genoeg,
doch nergens een bakker of slager of kroeg. refr.
Wij zijn hier te samen als buurt drie en vier,
en vieren hier feest op een reuze manier.
De Polder geheel en van Spijk een deel,
zo zingen we samen met luide keel. refr.
*Op de melodie: Voor Neerland een lied